Mijn familie was fel tegen mijn keuze voor een artistieke invulling van mijn bestaan, zoals zoveel families waar alleen De Telegraaf wordt gelezen en de AVRO bode. Een alter-ego was die baan in dat antiquariaat niet.

augustus 29, 2021

Dat was dus een financieel alter-ego, die baan in het antiquariaat…?

Mijn familie was fel tegen mijn keuze voor een artistieke invulling van mijn bestaan, zoals zoveel families waar alleen De Telegraaf wordt gelezen en de AVRO bode. Een alter-ego was die baan in dat antiquariaat niet.

Ik bedoel: au fond was ik wel van mening dat een schilder of een schrijver eigenlijk alleen moet schilderen of schrijven, dat hij dan veel meer tijd kan vrij maken om zijn werk uit te bouw en en vooral de kwaliteit er van kan verbeteren .

Maar ik heb toen begrepen dat als je in Nederland wilt zeggen, schilderen of schrijven wat je werkelijk denkt of vindt, dan pleeg je economies of let-terlijk zelfmoord. Dat kan niet, hè!

Dat staan de collegaatjes en de kunstbonzen niet toe, want als er een categorie is in Nederland die tegen vrije meningsuiting is dan zijn het wel die voorbeeldige kunstzinnige vrij gevochten modieus linkse Kollegaatjes. Links zo lang het in hun eigen belang is!

Die baan in het antiquariaat heeft geduurd van sept. 1966- okt. 1967. Heel kort dus. Van okt. 1967 tot juni 1968 kwam ik net rond van mijn werk, maar het was nette armoede.

Toen was ik vijfentwintig jaar oud. Toch kon ik een enkele keer wel eens uit eten gaan, naar een filmhuis of naar de schouwburg gaan met de aantrekkelijke Cat S.

Zo heb ik die film van Antonioni met haar zomer 1967 gezien. “Blow Up”, daar was ik heel erg van onder de indruk, niet wetende dat het script geënt was op de loopbaan van de Londense fotograaf Bailey. In “Blow Up” heeft de hoofdpersoon een atelier met een telefoon en een entresol. Ik zorgde er wel voor binnen een paar jaar ook een atelier met een entre-sol en telefoon te hebben, want ik ben niet goed en ook niet gek. Ik heb die film trouwens wel zes of zeven keer gezien. Het viel me op hoe simpel en gedateerd de vergrotingsapparatuur van de fotograaf was. Het swing-ende Londen uit die film leek erg op Amsterdam in de silver sixties.

Even overzichtelijk en onschuldig.

Neo romantiek.

Het was een spannende tijd waarin van alles kon gebeuren wat niet voor- spelbaar was. Daar houd ik van. Nog steeds.

Ik daag U uit…

Er zijn in Nederland mensen die van schrijven of schilderen kunnen leven, maar het hangt er van af wat voor schrijver of schilder je bent. Als je op een agressieve manier schrijft of schildert, kun je op die manier niet blij-ven doorschrijven zonder dat ‘t grote consequenties heeft. Je moet allerlei dingen doen, kranten en tijdschriften aflopen, zaniken; mag ik alstublieft voor vier tientjes alsjeblieft een stukkie in de krant schrijven of wil je als-jeblieft een interview met mij maken, zoals de graficus Simon Boulanger (Sjoerd Bakker) lange tijd heeft rond gezeurd in allerlei kroegen, de liep beroemde schrijvers na, zoals Cees Nooteboom die dat erg hinderlijk vond.

Nou, dat gedrag ligt mij helemaal niet, daar heb ik mij altijd te goed voor gevoeld om beroemde mensen hun reet te likken.

En als je dan bij zo’n redactie binnen komt ben je nog nergens. Dan wor-den er achter je rug om nog stukken uit geschrapt of je woorden verdraaid door journalisten, je moet soebatten om het gepliceerd te krijgen, dat heb ik zelf ervaren; enfin, een enorme hoop ellende, kommer en kwel. Sommige mensen kunnen dat met een opgeruimd gemoed verdragen dat omwille van de lieve vrede of ze vinden het fijn door onbekende verne-derd te worden, maar ik niet en ik betreur geen ogenblik dat ik niet van schrijven of schilderen hoef te leven, want ik zou niet weten waar ik aan toe was.

Ik bedoel: ik zou een heel andere schrijver/schilder moeten zijn; dan kon ik niet schilderen en schrijven zoals ik nú schilder en schrijf, dan zou ik me net zo op moeten stellen als de doorsnee gesubsdieerde kunstartiest. Een bepaald soort stroperige christendemocratiese diplomatie van de mizame glimlach bezitten die je de gave geeft om met iedereen mee te lullen en een instelling van naar boven likken en naar onderen trappen, gepaard gaande met heel wat ellebogenwerk, nou, ik dank de hemel dat ik die ga-ve niet heb en nooit zal verwerven.

Share this: